De lange geschiedenis van Brugge begint al bij Julius Caesar. De eerste fortificaties van de stad werden toen gebouwd om de streek te beschermen tegen piraten. In de vierde eeuw namen de Franken het over en toen de Vikings arriveerden in onze contreien in de 9e eeuw, besloot graaf Boudewijn van Vlaanderen om de oude Romeinse bolwerken te versterken. De handel met Engeland en Scandinavië kon vervolgens weer opbloeien. In de Middeleeuwen werd de nederzetting steeds meer verstevigd en werd de eerste stenen kerk gebouwd.
Van de 12e tot 15e eeuw kende Brugge zijn eerste gouden tijdperk. Het zwin voorzag de stad van een belangrijke toegangsweg voor handel en in 1128 werden de stadsrechten toegekend. Kanalen werden gebouwd en de stad kreeg ook een nieuwe omwalling. Bovendien lag de stad op het kruispunt van verschillende belangrijke handelsroutes. Het lag dan ook voor de hand dat Brugge de hoofdstad werd van het graafschap Vlaanderen. De lakenhandelaars bundelden hun kennis van handel, alsook de risico’s die erbij kwamen kijken, en innoveerden de manier van handel voeren. Ze keken daarvoor naar het Italiaanse systeem, waarbij krediet- en wisselbrieven lustig gebruikt werden. De omwalling zorgde voor een veilige opslagplaats voor de handelsgoederen, en dat allemaal onder het waakzame oog van de Graven van Vlaanderen. Brugge werd de toegangspoort voor alle handel, waaronder ook de Mediterrane markten, en in 1309 opende de eerste beurs ter wereld hier. Door grote internationale interesse groeide het commerciële centrum van de stad langzaam maar zeker, waarbij iedere cultuur zijn eigen wijk bewoonde, met eigen wetten en gewoontes, alsook vertegenwoordigers.
De meest bekende slag uit de Vlaamse geschiedenis vond hier plaats in 1302, de Brugse Metten. De lokale militie vermoordde toen ‘s nachts het Franse garnizoen dat in de streek heerste. In de Guldensporenslag spande diezelfde militie vervolgens samen met de Graaf van Vlaanderen om de Fransen te verslaan op 11 juli, tot op de dag van vandaag de Vlaamse Feestdag. De standbeelden van Jan Breydel en Pieter de Coninck, de leiders van de rebellen, staan nog altijd op de Grote Markt van Brugge te pronken. Aan het einde van de eeuw werd de stad een van de Vier Leden, samen met de Brugse Vrije, Ieper en Gent. Samen vormden ze een parlementaire eenheid die over Vlaanderen heerste.
In de 15e eeuw vestigde Filip de Goede het Bourgondische hof in Brugge. Bankiers, artiesten en andere opvallende personen van over heel Europa trokken daarop naar de stad. De wevers en spinners van Brugge behoorden tot de wereldtop en de Vlaamse School werd wereldvermaard. Het eerste Engelstalige boek werd rond die tijd in Brugge gepubliceerd.
Rond 1500 begon het Zwin te verzilten, waardoor de doorgang naar de zee geblokkeerd werd. Antwerpen nam de leiding als commerciële hotspot van de Lage Landen over. Gelukkig kwam kant in de 17e eeuw op als handelsgoed, en kreeg Brugge weer wat van zijn oude allure terug. Charles II vestigde zijn hof hier in ballingschap. De haven werd heropgebouwd en de verbinding met de zee verbeterd. Gezien de positie van Antwerpen op dat moment al dominant was, had dat jammer genoeg niet veel effect. Van de 200.000 bewoners op zijn hoogtepunt, bleven er tegen 1900 nog maar 50.000 over en de stad verpauperde.
In de tweede helft van de 19e eeuw begon het tij weer te keren toen rijke toeristen uit Frankrijk en Engeland Brugge leerden kennen. De pittoreske straten en kanalen charmeerden hun gasten en Brugge werd steeds meer gepromoot als het Venetië van het Noorden. Dankzij toerisme kreeg Brugge de boost die het nodig had om weer op te bloeien.
Tijdens beide wereldoorlogen werd Brugge bezet door de Duitsers, maar telkens kwam de stad vrijwel onbeschadigd uit de oorlog. Wel zijn er menselijke slachtoffers gevallen. Op de foto hierboven zie je bijvoorbeeld een herinneringsplaat ter nagedachtenis aan Raoul Meertens, die door de Duitsers gefusilleerd werd op 1 juli 1944.
In de jaren 60 leefde de stad vervolgens opnieuw op. Historische gebouwen werden gerestaureerd en lokten jaar na jaar meer toeristen naar de stad. Het oude centrum werd opnieuw een bruisende binnenstad met tal van toeristische activiteiten. In 2002 werd de stad zelfs gepromoveerd tot Europese Culturele Hoofdstad.